Assessment en Toetsing

Waarborgen van een eerlijke beoordeling

Door toetsing en assessment toont een student aan wat deze geleerd heeft. Maar hoe zorg je voor een goede toets? Hoe beoordeel je de student op een eerlijke (objectieve, valide) en betrouwbare manier? En kun je samen met collega’s ervoor zorgen dat studenten op dezelfde manier beoordeeld worden?

Waarom?

Waarom is een objectieve evaluatie zo belangrijk? Omdat studenten getoetst willen worden op een manier die overeenkomt met wat ze geleerd hebben en die duidelijk gedefinieerd zijn in de studiegids. Cijfers zijn een twijfelachtige maatstaaf voor de bekwaamheid van studenten. Echter zijn ze wel nuttig als een objectieve en gestandaardiseerde maatstaaf voor de toekenning van certificaten en kwalificaties aan leerlingen. Daarom is het essentieel dat je je examens en het toetsingsproces gedurende de cursus en het beoordelingsproces voortdurend evalueert. Dat zorgt ervoor dat de beoordelingen een betrouwbare afspiegeling zijn van de kennis van de studenten op het moment van de beoordeling. Studenten kunnen dan vertrouwen op de beoordeling van hun kennis die plaats heeft gevonden.

Wat?

Het is lastig om examens te ontwikkelen die een eerlijke en betrouwbare weerspiegeling geven van de kennis en vaardigheden van studenten. Vooral als het niet alleen gaat om het juiste antwoord op een vraag, maar studenten zelf opdrachten maken, kan het moeilijk zijn een objectieve evaluatie te geven. Een eerlijke beoordeling betekent dat het betrouwbaar, transparant en geldig is en een feedbackfunctie heeft. 

Lees verder over het ontwerpen van toetsing!

Hoe?

In grote opleidingen wordt een cursus vaak door meerdere docenten gegeven en beoordeeld. Hoe zorg je ervoor dat een examen door alle collega’s op dezelfde manier wordt nagekeken? En hoe zorg je ervoor dat het examen ‘eerlijk’ is?

4 ogen principe (op zijn minst!) bij het opstellen

Laat je examen altijd door iemand nalezen. Dit verlost je van de druk om een volledig foutloos examen te maken. Een frisse kijk helpt om inconsistenties op te sporen en verbetert de geldigheid en betrouwbaarheid van het examen. Belangrijk om te checken:    

  • Hoe is de toets opgesteld in relatie tot de leerdoelen? Sluit de toets qua inhoud en niveau aan bij het opleidingsonderdeel? 
  • zijn de vraagstellingen helder en eenduidig geformuleerd? 
  • is het examen in overeenstemming met de leeractiviteiten van de cursus?
  • vormt de toets een voldoende afspiegeling van de te bestuderen stof?  
  • spelfouten 
  • verwijzing naar genummerde bijlagen 
  • een duidelijke introductiepagina met vermelding van de datum, de beschikbare tijd, toegelaten hulpmiddelen en alles wat studenten nog nodig hebben om zonder stres de beoordeling in te gaan.   

4 ogen principe (op z'n minst) bij de beoordeling

Bij beoordelingen van een portfolio of een assessment of het afstuderen is het belangrijk dat jij als docent niet de enige beoordelaar bent van een student. Als docent wil je een open en veilig relatie met je studenten opbouwen, waarin zij fouten kunnen maken om te leren (artikel). Als studenten weten dat jij hen ook beoordeeld kan dit het stellen van vragen lastiger maken. Daarnaast is het zeker als het gaat om eenheden met veel studiepunten is objectiviteit en betrouwbaarheid van groot belang (zie ook de score website).

Als het goed is zijn er binnen de opleiding afspraken hoe de kwaliteit van de beoordeling wordt gewaarborgd, bijvoorbeeld doordat een collega met een SKE (Senior Kwalificatie Examinering) als eerste beoordelaar optreedt en jij of een collega als tweede beoordelaar.

Rubrics en beoordelingscriteria

Een rubrics bevat vooraf vastgestelde criteria om de prestaties van studenten te meten. Het omschrijft academische verwachtingen en richtlijnen voor studenten en zorgt zo voor consistentie in het beoordelingsproces. 

Het opstellen van een rubric vergt tijd en meestal moet de rubric in de loop der jaren worden aangepast en bijgesteld. Een rubric is nuttig omdat het zowel studenten als leraren een houvast geeft van de maatstaven van de module. Voor elk leerdoel geeft een rubric een indicatie welke vaardigheden en theorie de student moet beheersen om een voldoende, goed, uitstekend, of onvoldoende te krijgen. Rubrics met 4 categorieën werken over het algemeen beter dan met 10 omdat de verschillen tussen de niveaus dan vaak moeilijk te objectiveren zijn. Een goede rubric geeft docenten een structuur voor mondelinge of essay-examens.  Lees meer in het artikel ‘Ontwerpen van toetsing’. 

Wist je dat je rubrics direct in Brightspace kunt maken? Na invoeren kun je deze hergebruiken in verschillende modules. En je kunt de rubric koppelen aan Gradebook. Lees hier meer over rubrics in Brightspace. 

 

Kalibratiesessies tussen docenten

Als verschillende docenten hetzelfde vak geven, is het belangrijk dat de beoordeling van verschillende docenten niet te veel afwijkt. Kalibratiesessies met docenten van dezelfde cursus zorgen voor een gedeelde norm van wat een “6” of “8” is en helpen bepalen wanneer een student de maximale score krijgt op een vraag. Duidelijke richtlijnen, zoals een rubric, zijn een vitaal onderdeel van elke beoordeling en dragen bij tot een consistente scorebepaling.

Je examen evalueren 

Een examen ontwikkelen is slechts het begin. Je examen regelmatig kritisch evalueren is belangrijk om te toetsen of het werkt in je klas. Hoe het examen er op papier uitziet en hoe het in de praktijk werkt, zijn namelijk twee verschillende dingen.  

Er zijn een aantal parameters die je kunnen helpen om te bepalen of de beoordeling van je cursus moet worden aangescherpt. Bijvoorbeeld:  

  • Scoren je studenten voortdurend hoog? Dit kan erop wijzen dat het examen te gemakkelijk is. (Of dat je briljante studenten hebt)
  • Scoren je studenten altijd laag of zakken ze zelfs? Dan is je examen misschien te moeilijk. Het kan ook wijzen op een niet-constructieve samenhang, wat inhoudt dat je examen niet goed aansluit op de inhoud en activiteiten van de cursus.
  • Let op de details: Zijn er individuele vragen die veel leerlingen fout, of juist goed beantwoord hebben? Dan zijn deze vragen misschien te moeilijk/makkelijk. Of zijn er vragen die zelfs leerlingen met een hoge score fout beantwoorden? Dan zijn die vragen misschien te moeilijk.  

Herken je een van bovenstaande punten? Dan is het misschien tijd om met je collega’s te bespreken hoe het examen kan worden aangepast.